donderdag 19 januari 2012

12 januari 2012

Dankzij de voorzienendheid van Ludovic is het kamp gerieflijk en comfortabel. Iedereen kan zich opfrissen, een lekker maal wordt bereid, en Sturdle graaft met graagte sanitaire putjes voor wie dat wil, helaas niet steeds op intelligent gekozen plaatsen. Onder andere luitenant Wessel fulmineert als hij in het donker zijn voeten misplaatst.

Dag 24 (maandag 14 april)

De volgende ochtend doet iedereen zijn rituelen, behalve de gnoom, die belast wordt met het inpakken van de tenten en moppert dat hij ook eens z’n neus in de boeken moet steken. Het landschap blijft heuvelachtig en eerder monotoon. Toch blijven de helden waakzaam en Wessel gespannen. Het is dan ook met opluchting dat hij een vesting in de verte waarneemt, een toevluchtsoord voor reizigers dat gewijd is aan de reizigersgod Fharlanghn. De wagens worden op de binnenplaats gereden, en de vier vrienden staan even te kijken van de onderling sterk gelijkaardige klederdracht van de toegewijden. Ze trekken zich terug in de herberg en maken het zich comfortabel, in zoverre dat gaat in het sober ingerichte etablissement. De maaltijd die wordt aangeboden is voedzaam, en Ludovic begaat bijna de vergissing om zich ietsje te goedkoop van de vrijwillige bijdrage  voor het voedsel af te maken. Er worden pogingen ondernomen om de priesters en Vito te leren kennen. Die eersten vertellen over hun manier van leven, over hoe ze vrijheid  boven alles belangrijk vinden, en hoe ze de vele toevluchtsoorden van hun god onderhouden. Er is ook slecht nieuws dat ze meebrengen van hun reizen, namelijk over de verwoesting van Gramdall, een machtige dwergenstad onder de gelijknamige berg, maar dat is al gekend door de helden en door de dwergen. De half-elf daarentegen bevestigt de achterdocht die de dwergen voor hem koesteren door vaag te blijven over zijn persoon en zijn afkomst. Ook de kapel, waar Ludovic zich terugtrekt voor zijn meditatie, is in de sobere stijl ingericht. Het enige verschil is een standbeeld van Fharlanghn, de linkerhand boven de ogen gehouden om de einder af te zoeken en wandelstaf in de rechterhand, met achter zich een beschilderde muur met daarop een weg in een glooiend  landschap. De anderen bouwen een leuker feest in de herberg waar ze de enige gasten zijn, met de muziek van Brocéliande en het bier van “Het Goede Leven”, geschonken als dank voor de gastvrijheid. Sturdle en Lyra maken een rondje op de muren van het oord, waar Aria, de havik, wordt uitgelaten. Alles lijkt rustig in de nacht, en het konvooi legt zich te slapen.
Die nacht echter schrikt Brocéliande wakker door lawaai op de binnenplaats. Een enorme troep mensachtige wezens is bezig alle soldaten van Wessel te overmeesteren. In paniek maakt ze Lyra wakker en stormt dan naar de herenslaapkamer, waar ze zonder gevoel voor etiquette Sturdle en Ludovic wakker maakt. Als echte mannen springen die uit hun bedden, beseffen ze dat ze niet passend gekleed zijn en beginnen elkaar in hun harnassen te hijsen. Ondertussen zijn de wezens de herberg ook binnengedrongen. Gretig naar wraak vanwege het verstoren van de nachtrust wordt korte metten gemaakt met de indringers, hoewel de helden beseffen dat de overmacht wellicht te groot is. De dwergen zijn verdwenen uit de herberg, dat is een slecht teken. Enkele van Wessels mannen liggen dood op de grond op de binnenplaats. Een zware stem, afkomstig van een geharnaste man op een paard, sommeert de helden naar buiten te komen. In volle haast wordt het plan opgesteld dat Brocéliande haar onzichtbaarheid aanwendt om te ontsnappen aan gevangenname. De anderen wordt alles afgenomen behalve hun kleren en op bevel van de ruiter in de kapel opgesloten. Van op een afstand ziet Brocéliande hoe de wezens de karren met dwergenwapens meenemen, gevolgd door een stoet gevangenen, en hoe ze daarna aan een grondige vernieling beginnen door de kapel in brand te steken. Binnenin zoeken Ludovic, Sturdle en Lyra koortsachtig naar een oplossing voor hun situatie.
Inmiddels moet Brocéliande machteloos en met lede ogen aanzien hoe, binnenin de kapel haar vrienden gebraden worden. Ze brengt zichzelf in veiligheid, merkt dat ze te vermoeid is om het schouwspel gade te slaan, en hoopt op een blije afloop.

Dag 25 (maandag 15 april)

Als ze wakker wordt smeult de kapel nog na. Tussen de overblijfselen vindt ze echter geen aangebrande lijken, dus begint ze te porren op zoek naar een gang. Opeens ziet ze wat het standbeeld van Fharlanghn lichtjes bewegen, hoewel de beweging geblokkeerd is door een balk van het plafond. Met een hefboom krijgt ze die weg, en opeens opent ook voor haar het altaar, waar een fris uitgeslapen Ludovic haar begroet. Hij was het die een inscriptie vond op het altaar die reizigers in problemen adviseerde om “de weg de tonen aan Fharlanghn om obstakels te overwinnen”. Sturdle kreeg een ingeving en draaide het standbeeld om zijn as, op dezelfde manier als de bard zonet deed, totdat het keek naar de weg op het paneel erachter. Het altaar schoof weg en onthulde een trap die naar beneden ging. Vol zorgen over het lot van Brocéliande maar met  evenveel zorgen over hun eigen hachje hadden de drie geen andere keuze om af te dalen. Binnenin het heiligdommetje vonden ze een voorraadkamer met enkele wapens , proviand en een kistje met geld, allemaal sfeervol verlicht door een eeuwig brandende fakkel. Zij brachten er de nacht door. Sturdle, met gezond dwergenverstand,  vraagt aan Brocéliande of zij zou kunnen zoeken naar de tweede uitgang, en inderdaad, een geheime deur opent en leidt naar de uitgang van een natuurlijke grot.
Vol goede moed en met een vlaagje nostalgie zetten de helden de achtervolging in. Het is al snel duidelijk dat de voorsprong van de wezens eerder groot is, hoewel ze in de juiste richting van het normaal af te leggen pad gaan. De dag eindigt.

Dag 27 (woensdag 17 april)

Op de avond van de tweede achtervolgingsdag worden de helden opgeschrikt door een schreeuw van een griffioen, die weinig tevreden is met kamperende indringers. Het vliegende wezen brengt enkele rake klappen toe maar gaat neer, dankzij de toverkrachten van Lyra en ondanks het klunzige optreden van Sturdle met zijn vechtstaf. De doodschreeuw lokt echter een tweede griffioen, en die peuzelt ei zo na het groepje op. Ludovic gaat neer en Sturdle is stervensdood. Iedereen is in slechte toestand, maar net op tijd kan Brocéliande met een drankje Ludovic bij zijn positieven brengen, en hij wendt zijn goddelijke krachten aan om Sturdle van de rand van de afgrond weg te halen. De held weet echter niet wat rust betekent en tracht de heuvelkam op te klimmen om het griffioenennest te bezichtigen. Helaas merkt hij dat de kracht in zijn armen verdwenen is en valt terug naar beneden. De anderen halen hem vol bezorgdheid over om toch maar even te recupereren.

XP
3600 XP (900 XP per persoon)

Treasure
Dagger
Club
Quarterstaff
Spear
Sling
10 sling bullets
Light crossbow
10 crossbow bolts
200 gp
Red garnet
White pearl
Aquamarine

Tekst: Roel Decadt

Geen opmerkingen:

Een reactie posten